Israëlitische begraafplaats in het Westdampark
Woerden
- Algemene begraafplaats aan de Meeuwenlaan
- Arsenaal
- Barwoutswaarder en Bekenes
- Begraafplaats van de familie Groeneveld aan de De Brauwstraat
- Beknopte geschiedenis van Woerden
- Bonaventurakerk
- Brediuspark en Brediusschuur
- Burgemeester M.W. Schalij
- C.J.A. van Helvoort, gemeentesecretaris en stadsgeschiedschrijver
- Centraal Magazijn
- Cornelis Vreedenburgh, kunstschilder
- De Ramp van Woerden (1813)
- Dominee dr J. Haitsma
- Doodstraf, lijfstraffen en schandestraffen
- Etymologie van de naam "Woerden"
- Gemeenlandshuis van het Groot-Waterschap van Woerden
- Gemeentehuis van Barwoutswaarder
- Gemeentehuis van Rietveld
- Gemeentewapen
- Gilden
- HBS F.A. Minkemaschool
- Hofpoort Ziekenhuis en voorgangers
- Hoofdonderwijzer Feike Kalsbeek (1857-1941)
- Isaac de Brauw, medicinae doctor en burgemeester
- Israëlitische begraafplaats in het Westdampark
- Jan de Bakker, kerkhervormer en martelaar
- Jan Meulman, vrederechter en geschiedschrijver
- Kaaspakhuizen
- Kasteel
- Kazerne
- Korenmolen 'De Windhond'
- Lutherse kerk
- Melkfabriek Excelsior, later Nieuw-Holland
- Opstandingskerk
- Petruskerk
- Polder Barwoutswaarder c.a.
- Polder Breeveld
- Proveniershuis
- Rietveld en de Bree
- Rijndemping
- Rozenbrug
- Spaanse griep
- Stadhuis aan de Westdam
- Stadspoorten
- Stadsrechten (1372)
- Station
- Tweede Wereldoorlog
- Vrouwengevangenis in het Kasteel van Woerden
- Watertoren
- Willemshoeve
- Woerdse mart of koeienmarkt
Israëlitische begraafplaats in het Westdampark
Op 21 maart 1849 schreven de kerkmeesters van de kleine Nederlands Israëlitische gemeente van Woerden een verzoek aan de gemeenteraad om binnen de gemeente een eigen begraafplaats te mogen oprichten. De directe aanleiding was het feit, dat in het garnizoen en in de strafgevangenis van tijd tot tijd ook Joodse mannen overleden, die in Gouda begraven moesten worden. Zowel vanuit Gouda als vanuit Alphen, waar ook een Israëlitische begraafplaats was, was bericht gekomen, dat daar geen begravingen meer konden plaatsvinden.
Ruim een jaar later besloot het gemeentebestuur een stuk grond op de afgegraven Kleine Buitenwal beschikbaar te stellen. Een van de voorwaarden die gesteld werden, was dat de begraafplaats omringd moest worden door een muur van ongeveer twee meter. Van de aanleg van de begraafplaats kwam echter nog niets terecht. Pas in 1856 werd een nieuw verzoek van de Israëlitische gemeente in behandeling genomen, waarbij de gemeenteraad een ander stuk van de Kleine Buitenwal (waar nu het Westdampark ligt) beschikbaar stelde. In plaats van een muur mocht nu worden volstaan met een haag rondom de begraafplaats.
Al snel werd het terrein van de begraafplaats wat uitgebreid en rond 1880 werd de haag rondom de begraafplaats vervangen door een houten schutting. Die werd op zijn beurt in 1927 vervangen door een muur, waarbij ook het dienstgebouwtje met de toegang naar de begraafplaats werd gemaakt. Boven de ingang staat in het Hebreeuws een Bijbeltekst uit Jesaja 26:19a: “Herleven zullen uw doden – ook mijn lijk – opstaan zullen zij. Ontwaakt en jubelt, gij die woont in het stof”.
Het aantal Joodse inwoners van Woerden was rond 1920 al niet groot genoeg meer om een zelfstandige gemeente te vormen. In 1920 vond hier, voor zover bekend, de laatste begrafenis plaats. Het beheer van de begraafplaats ging rond 1925 over naar de Nederlands Israëlitische gemeente van Gouda.
De Israëlitische begraafplaats, waar nu nog 37 graven staan, is een gemeentelijk monument.
Archief
- Archief van de gemeente Woerden 1811-1936 (W002), invnrs. 1043-1044.
Literatuur
- Jan van Es en Saskia van Ginkel-Meester Woerden: geschiedenis en architectuur (Zeist, 2000), p. 238;
- ‘Monumentale begraafplaatsen in Woerden’ in: Jaarverslag 2004 van de Monumentencommissie Woerden, pp. 11-14.