Postkantoor aan de Utrechtsestraat

Postkantoor aan de Utrechtsestraat

Toen in 1903 het geheel nieuwe post- en telegraafkantoor aan de Utrechtsestraat in IJsselstein in gebruik werd genomen kreeg het stadje voor het eerst een speciaal voor die functie ingericht gebouw. Toch waren er al minstens twee “postcomptoirs” aan de nieuwbouw vooraf gegaan. Al in de achttiende eeuw waren er postmeesters, die brieven en pakketjes, die door de marktschippers van overal waren opgehaald, verdeelden en waar burgers hun post konden halen en brengen. Halverwege de negentiende eeuw was er een hulppostkantoor in IJsselstein, behorend bij het hoofdkantoor in Utrecht. De precieze plaats van dit hulpkantoor is niet bekend, maar het zal ongetwijfeld ergens in de binnenstad geweest zijn. Waarschijnlijk werd dit kantoortje rond 1880 te klein voor het groeiend aantal poststukken en de komst van de telegrafie.

De opheffing van de kostschool voor jongeheren aan de Achterstraat (nu de Utrechtsestraat) in 1879 zorgde voor het vrijkomen van een groot gebouw, dat na wat bouwkundige aanpassingen als post- en telegraafkantoor gebruikt zou kunnen worden. Eind 1880 was de verbouwing klaar. In het postkantoor, dat van hulppostkantoor tot hoofdkantoor verheven werd, was ook een dienstwoning voor de directeur opgenomen; die werd in 1881 betrokken door de uit Woudrichem afkomstige nieuwe directeur Hidzerd Kiewiet de Jonge. Het pand bleef eigendom van de gemeente IJsselstein, die het voor 500 gulden per jaar aan het Rijk verhuurde. Dat bedrag bleek rond 1895 nauwelijks genoeg om de onderhoudskosten van het stokoude gebouw uit de zeventiende eeuw te kunnen betalen. Het duurde nog vijf jaar van onderhandelen en vergaderen met het Rijk voordat het besluit viel: het oude postkantoor zou worden gesloopt en vervangen door nieuwbouw.

Voor het ontwerpen van postkantoren had het ministerie van Waterstaat, Handel en Nijverheid zijn eigen specialist: de Rijksbouwmeester Cornelis Hendrik Peters. Deze architect ontwierp in 1880 zijn eerste postkantoor, in Breda, en had rond 1900 postkantoren in onder andere Arnhem, Harlingen en het monumentale hoofdpostkantoor van Amsterdam uit 1895 op zijn naam staan. Ook voor IJsselstein ontwierp Peters een gebouw in deels neogotische stijl, deels neo-renaissancestijl. De kosten van de sloop en nieuwbouw werden geraamd op 22.500 gulden.

In de zomer van 1902 werd begonnen met de werkzaamheden en bijna een jaar later, in april 1903, werd het nieuwe postkantoor opgeleverd. Het was een prachtig gebouw geworden. Het rechterdeel van het pand was het eigenlijike kantoor. De kantoorzaal met erachter de ruimte voor de postbestellers besloeg circa 80 m2; daarnaast waren er een vestibule, een wachtruimte, die in 1905, toen de telefoon in IJsselstein zijn intrede deed, werd uitgebreid met een telefoonkamertje. Aan de buitenkant stond uiteraard een brievenbus, terwijl achter het gebouw nog een laad- en losplaats voor pakketten was gemaakt. Het linkerdeel van de benedenverdieping en de bovenverdieping vormden de woning voor de directeur. Op de bovenverdieping waren maar liefst vijf slaapkamers, maar de dienstbode moest desondanks genoegen nemen met een kamertje op zolder.

Het personeel van het IJsselsteinse postkantoor bestond, behalve uit de directeur, uit twee tot vier postbodes en hulppostbodes en een enkele loketbediende. In oktober 1932 verloor het kantoor zijn in 1880 gekregen status van hoofdpostkantoor en werd het weer wat het vóór 1880 was, een hulppostkantoor van Utrecht. Het belangrijkste gevolg hiervan was, dat het kantoor geen directeur meer kreeg, maar een kantoorhouder. Het zou tot 1977 duren voordat IJsselstein weer een hoofdpostkantoor werd.

Na zestig jaar bleek het postkantoor toe aan een flinke renovatie. Voor ruim 52.000 gulden, ongeveer twee keer de kosten van de bouw, werd in 1964 het interieur door vooral plaatselijke aannemers geheel onder handen genomen om het aan te passen aan de eisen van de moderne tijd. De monumentale gevel werd in stand gehouden. Het gerenoveerde kantoor zou echter niet lang meer dienst doen. In 1977 betrok de PTT een nieuw postkantoor aan de Lagebiezen en kwam er een eind aan bijna honderd jaar postgeschiedenis aan de Utrechsestraat. Het oude postkantoor werd in 1998 aangewezen als Rijksmonument; tegenwoordig is het in gebruik als kantoorpand voor een advocatenbureau.

Archief
  • Gemeentearchief IJsselstein 1811-1942 (Y002), invnrs 926-928.
Literatuur
  • Brigitta Giesen-Geurts, Renata Mimpen en Alfons Vernooij, IJsselstein: geschiedenis en architectuur (Zeist, 1989), pp.215-217;
  • Hans Jonkers, Ko Peeters en Han Steenkamer, “Om over naar huis te schrijven: beeld van een postkantoor in IJsselstein”, in: Historische Kring IJsselstein, nr 117 (2007), pp. 1-28.