Barwoutswaarder en Bekenes

Barwoutswaarder en Bekenes

Tot 1 februari 1964 was Barwoutswaarder (tot 1859 Barwoutswaarder-en-Bekenes) de naam van een zelfstandige gemeente, vóór 1811 een schoutambacht, gelegen ten zuiden van de Oude Rijn tussen Woerden en Bodegraven. Het grondgebied van het schoutambacht en de latere gemeente was min of meer gelijk aan dat van de oude ontginningsblokken Barwoutswaarder in het oosten en Bekenes in het westen; deze blokken vormden later met de Woerdense ontginningen Bulwijk en Kromwijk en het Waarderse Oosteinde de polder Barwoutswaarder c.a. De oppervlakte van het schoutambacht en de gemeente besloeg ongeveer 380 hectare; ten noorden werd Barwoutswaarder begrensd door de Oude Rijn, ten oosten door Woerden, ten westen door Bodegraven en ten zuiden door Waarder. Het aantal inwoners van Barwoutswaarder was niet groot: rond 1840 woonden er 600, in 1900 767, in 1930 890 en in 1964, toen de gemeente werd opgeheven, 1110 mensen.

Barwoutswaarder had al sinds de achttiende eeuw bestuurlijke banden met het aan de overkant van de Oude Rijn gelegen Rietveld. De schout en secretaris en na 1825 de burgemeester en gemeentesecretaris van beide plaatsen waren altijd één en dezelfde persoon. De gemeentesecretarie van Barwoutswaarder en Rietveld (en Waarder) stond tot 1964 ook altijd in Woerden. Verder hadden de twee gemeenten samen één veldwachter en waren ze allebei voor een deel eigenaar van de begraafplaats in het naburige Waarder. Wel had Barwoutswaarder zijn eigen schepenbank en een eigen “rechthuis”, een herberg die later de naam “Schotsvarken” droeg. “Schotsvarken” stond ongeveer in het midden van de gemeente, aan de Hoge Rijndijk en het Jaagpad. Nog in de negentiende en twintigste eeuw huurde de gemeente Barwoutswaarder een zaaltje in dit café, tot het in 1935 afbrandde. Daarna was het gemeentehuis gevestigd in een woning in het oostelijk deel van de gemeente, waar een aparte kamer was ingericht voor vergaderingen van de gemeenteraad en voor de ambtenaar van de Burgerlijke Stand.

Barwoutswaarder bestond uit een lint van boerderijen ten zuiden van de Hoge Rijndijk en kleinere huisjes tussen de Hoge Rijndijk en het Jaagpad langs de Rijn. In het oostelijk deel van de gemeente, tegen Woerden aan, woonden pan- en steenfabrieksarbeiders in kleine huisjes, behorend bij de pannenfabriek Het Misverstand, die daar al in de zeventiende eeuw stond. Aan de westkant van degemeente, waar de Hoge Rijndijk eindigde in het centrum van het dorp Nieuwerbrug aan den Rijn,  woonden mensen die niet in de veehouderij hun bestaan vonden. Op Bekenes stond ook al in de zeventiende eeuw een steenfabriek met arbeidershuisjes, terwijl in het dorp Nieuwerbrug kleine middenstand en nijverheid, zoals een bakker, een slager, een timmerman en een smid gevestigd waren. Na de tweede wereldoorlog kwam vooral in Barwoutswaarder Oost steeds meer industrie, zoals een pottenbakkerij, een betonfabriek en een veevoederbedrijf. In Bekenes werd de kort voor de oorlog gesloten steenfabriek in gebruik genomen door een houthandel.

In 1859, kort na de invoering van de Wet op het Lager Onderwijs, nam de gemeente Barwoutswaarder een particulier schooltje, dat al zo’n twintig jaar bestond, over en werd dit de officiële openbare school van de gemeente. Dit gebeurde ook weer in samenwerking met de gemeente Rietveld; kinderen uit die gemeente werden met een veerpontje overgevaren naar het schoolgebouw in Barwoutswaarder. Deze openbare school heeft tot 1929 bestaan; toen is het gebouw verkocht aan de vereniging voor christelijk onderwijs in Barwoutswaarder en Rietveld. De school heeft tot 1968 als christelijke school voortbestaan en is toen vanwege het sterk gedaalde aantal leerlingen opgeheven.

Na de tweede wereldoorlog veranderde er veel in Barwoutswaarder. Het aantal woningen in de gemeente groeide door sociale woningbouw. Deze huizen werden gebouwd in Nieuwerbrug en in Barwoutswaarder Oost. Er was na 1945 regelmatig verschil van mening tussen deze twee kernen van de gemeente; beide voelden zich op het gebied van woningbouw en ook op andere terreinen achtergesteld ten opzichte van elkaar.

De “hoofdweg” van de gemeente Barwoutswaarder was de Hoge Rijndijk, die Barwoutswaarder Oost en Nieuwerbrug met elkaar verbond en waaraan ook de grote boerderijen lagen. De Hoge Rijndijk en de weg, die erop lag, was in beheer en onderhoud bij het polderbestuur van Barwoutswaarder c.a., dat weinig deed om de weg in goede staat te houden. Het duurde jaren voordat de weg, onder druk van de provincie Zuid-Holland, door de polder in 1950 aan de gemeente werd overgedragen en de noodzakelijke verbetering en reconstrutie kon worden uitgevoerd.

Reeds in de jaren ’20 van de vorige eeuw werd er bij het Rijk en de provincie Zuid-Holland serieus nagedacht over plannen om het aantal gemeentes in het oosten van de provincie te verkleinen door samenvoeging of herindeling. Al snel na de tweede wereldoorlog, in 1946, wilde de provincie de gemeente Barwoutswaarder opheffen en bij de gemeentes Woerden en Bodegraven voegen. Barwoutswaarder verzette zich, net als de naburige kleine plattelandsgemeentes, hevig tegen dit plan; het werd dan ook niet uitgevoerd. In 1957 echter werd het plan opnieuw ter tafel gebracht en het verzet van de betrokken kleine gemeentes mocht niet meer baten. Het zou echter nog zes jaar duren voordat er een definitief einde kwam aan de zelfstandige gemeente Barwoutswaarder. Per 1 februari 1964 werd ze opgeheven; het grootste gedeelte, tot aan het dorp Nieuwerbrug werd bij Woerden gevoegd, terwijl het tot Barwoutswaarder behorende deel van dat dorp onderdeel werd van de gemeente Bodegraven. De Woerdense wijk Barwoutswaarder bestaat tegenwoordig voor een klein deel uit woningen (grotendeels de oorspronkelijke bebouwing) en voor het grootste deel uit bedrijventerrein; de agrarische bebouwing langs de Oude Rijn is grotendeels bewaard gebleven. Dat laatste geldt ook voor de bebouwing in de tegenwoordig Bodegraafs-Reeuwijkse kern Nieuwerbrug.

Archieven
  • Archief van het schoutambacht Barwoutswaarder, 1671-1811 (W004);
  • Archief van de gemeente Barwoutswaarder, 1817-1941 (W005)
  • Archief van de gemeente Barwoutswaarder, 1941-1964 (W005a)
Literatuur
  • W.R.C. Alkemade, ‘Gemeentebesturen van Barwoutswaarder en Rietveld, 1851-1964’ in: Heemtijdinghen, jg. 26 (1990), p. 81-1010;
  • W.R.C. Alkemade, ‘Schotvarkens, een herberg te Barwoutswaarder’, in: Heemtijdinghen, jg. 32 (1996), p. 25-34;
  • G.G. Stolwijk, ‘Het openbaar onderwijs te Barwoutswaarder en Rietveld, 1800-1929’ in: Heemtijdinghen, jg. 36 (2000), p. 41-63.
Website

www.dorpsplatformrijnoevers.nl