Lopikerkapel

Lopikerkapel

Nederlands-hervormde kerk

Op de Lopikerweg Oost 176 staat een in baksteen opgetrokken, witgepleisterde eenbeukige kerk: de hervormde kerk van Lopikerkapel, tegenwoordig PKN. Vanaf 1315 stond er alleen nog maar een kapel. Deze vormde een hulpkerk van de kerk in Lopik. De parochianen uit ‘Zevenhoven’, het huidige Lopikerkapel, woonden namelijk te afgelegen om de hoofdkerk gemakkelijk te kunnen bezoeken. De wegen verkeerden in een slechte staat en er waren weinig vervoersmiddelen. In de vijftiende eeuw werd de kapel afgebroken en enige meters naar het oosten herbouwd, zodat zij net buiten de grenzen van het gerecht Lopik stond; en dus aan Zevenhovense zijde. In 1620 werd de kapel verbouwd tot een zelfstandige kerk. Uniek was dat de kerk in twee stijlen gebouwd werd: het koor werd opgetrokken in gotische stijl, terwijl het schip romaanse invloeden vertoonde.

Vanaf 1605 werd de Reformatie gepraktiseerd in Lopikerkapel, alhoewel dit niet soepel bleek te gaan. De altaren bleven nog lange tijd in de kerk staan. Diverse gemeenteleden verlieten de kerk omdat zij de rooms-katholieke leer trouw wilden blijven en kerkten in IJsselstein of Vianen.

Door de eeuwen heen zijn er veel zorgen geweest over de technische staat van het kerkgebouw. In de zestiende en zeventiende eeuw vonden diverse malen herstelwerkzaamheden plaats. Ook in 1828 waren deze dringend nodig. Aangezien het benodigde geld hiertoe ontbrak schreef de kerkvoogd een brief aan de koning om financiële hulp. Een jaar later had hij echter nog geen antwoord ontvangen en nu werd er een brief aan de minister gezonden: “Mag de ondergetekende, kerkvoogd alhier, de vrijheid nemen om uwe excellentie’s gunstig aandenken in den treurige toestand onzer zoo behoeftige kerk op ’t nedrigst in te roepen!”. Over de toestand van de kerk schreef hij dat “het dak der kerk nevens derzelver ramen niet alleen ten uitersten gebrekkig is, maar er ook reeds tweemalen stukken van het gewelf zijn uitgevallen (gelukkig buiten de Godsdienstoefening)”. De minister bleek gevoelig te zijn voor de smeekbede en in 1832 kon aannemer Roeloff Benschop beginnen met de urgente herstelwerkzaamheden.

De meest grondige restauratie vond plaats in de jaren vijftig van de negentiende eeuw. Hierbij kreeg de kerk de indeling die zij nu nog steeds heeft. De consistoriekamer, een uitbouw aan de zuidgevel, werd verwijderd. Op deze plaats werd het huidige toegangsportaal gemaakt. Tevens vond de restauratie van de gehele kapconstructie plaats. De werkzaamheden werden uitgevoerd door de firma Van Rhenen uit Lopikerkapel. De totale kosten van de restauratie bedroegen 102.000 gulden.

De laatste renovatie vond plaats in 1991. Firma Den Hoed uit Bergambacht voerde de werkzaamheden uit. Nieuwe pleisterlagen werden op de muren aangebracht en er vond een volledige vernieuwing van het leien dak plaats. De firma Eijsbouts renoveerde de historisch waardevolle luidslagklok. Bij dit restauratieproject van 1991 werd het exterieur niet meer gewijzigd.

Archieven:
  • Archief van de kerkenraad van de Nederlands Hervormde gemeente van Lopiker- en Jaarsvelderkapel 1623-1962 (L044);
  • Archief van de kerkvoogdij van de Nederlands Hervormde gemeente van Lopiker- en Jaarsvelderkapel 1623-1962 (L045).
Literatuur:
  • Kerkelijk Erf Lopikerkapel: speciale uitgave t.g.v. afsluiting project ‘Kerkelijk Erf’ van de Hervormde Gemeente Lopikerkapel (Lopikerkapel 1991);
  • Fred Gaasbeek en Teun Winkelman, Lopik: geschiedenis en architectuur (Zeist 1996), pp. 225-227.
Documentatie:
  • 6.14. Uitgave ter gelegenheid van een Open Monumentendag, Nederlands Hervormde Kerk van Lopiker- en Jaarsvelderkapel. Lopikerweg Oost 176
  • 8.235. Ria Mante, Op Lopiks grondgebied. Drie 15e eeuwse kerken.