Inventarissen op  site (zoals van archief IJsselstein) < Naar overzicht
25 november 2013

Inventarissen op site (zoals van archief IJsselstein)

Inventarissen op  site (zoals van archief IJsselstein)

Onlangs zijn er in het Archievenoverzicht op deze website 27 nieuwe toegangen geplaatst en 42 toegangen die in het afgelopen jaar gewijzigd zijn vervangen. Een van de nieuw geplaatste toegangen is de inventaris van het in 2012 bewerkte archief van de gemeente IJsselstein (1811-1942). Van dit archief met een omvang van 66 strekkende meter is door archivist Rob Alkemade een handzame toegang gemaakt. De inventaris is een goed instrument om archiefonderzoek te doen en de geschiedenis van IJsselstein verder bloot te leggen.

In de inleiding op deze inventaris wordt een korte schets gegeven over de ontwikkeling van IJsselstein, het gemeentebestuur en de gemeentelijke organisatie in de periode 1811-1942. Zo wordt onder andere beschreven hoe het inwonertal van IJsselstein op 1 januari 1943, 5036, bijna twee keer zo groot was als het aantal inwoners dat de gemeente in 1815 telde, namelijk 2642. De grootste groei maakte de gemeente echter pas vanaf het laatste kwart van de 19e eeuw door. De groei stagneerde vanaf de jaren ’30 van de 20e eeuw; in de laatste jaren van de beschreven periode bleef het aantal IJsselsteiners vrijwel gelijk. Het merendeel van de IJsselsteiners woonde in het stadscentrum, binnen de gracht; ongeveer een kwart woonde op de boerderijen in de polders en later in woningen in de buitenbuurten Eiteren en Panoven.

Uit het archief valt verder op te maken dat IJsselstein zich in de loop van de 19e en begin van de 20e eeuw ruimtelijk beperkt ontwikkelde, terwijl de stad in economisch opzicht wel een zekere streekfunctie had. Vanaf 1850 kreeg de gemeente te maken met de opkomst van industriële bedrijvigheid. Vooral de houtnijverheid en houtverwerking maakten opgang. Op vrijkomende terreinen in of vlakbij het centrum ontstonden meubelfabrieken zoals de familiebedrijven Schilte en Van Rooijen, gelegen langs de Hollandse IJssel. Aan die rivier werden ook rond 1870 ten zuiden van het centrum twee steenfabrieken gebouwd, die weldra samengingen onder de naam De Overwaard. Landbouw, handel, houtverwerking en baksteenproductie bleven tot halverwege de vorige eeuw de belangrijkste economische pijlers van de gemeente. De meeste IJsselsteiners werkten in de eigen gemeente; pas vanaf de jaren ’20 begon zeer langzaam enig woon-werkverkeer naar Utrecht op te komen. Over de ontwikkeling en groei van IJsselstein en allerlei gebeurtenissen die plaats vonden in deze periode, zoals de brand van de Hervormde Nicolaaskerk op 10 augustus 1911, is in dit archief dan ook het nodige terug te vinden.

Het archief maakt voor de periode vanaf 1824 een zeer complete indruk. Vernietiging van daarvoor in aanmerking komende bescheiden had vrijwel niet plaats gehad. Tijdens de uitvoering van dit project is in totaal circa 20 meter archiefbescheiden zonder administratieve en historische waarde, voornamelijk uit de periode 1908-1940, daadwerkelijk vernietigd. Het archief van vóór 1851 is volledig bewaard gebleven. Een ieder die het wil inzien is van harte welkom bij het RHC. 

(25 november 2013)